Tijdens het schrijven van mijn roman ‘Kom Atir kom’ zocht ik informatie over deze schetsen.
Ondertussen weet ik dat Eugène Delacroix de giraffe Zarafa twee jaar na haar dood in de ingang van het Musée d’Histoire Naturelle in Parijs zag. Het moet dus in 1847 geweest zijn. Ik vond deze tekst en vertaalde hem.

Ondertussen weet ik dat Eugène Delacroix de giraffe Zarafa twee jaar na haar dood in de ingang van het Musée d’Histoire Naturelle in Parijs zag. Het moet dus in 1847 geweest zijn. Ik vond deze tekst en vertaalde hem.
“… daar staat ze dan de giraffe, dichtgenaaid en opgelapt, na vele nieuwsgierigen in extase te hebben gebracht door haar ongekende voorkomen, heeft ze de tol betaald en raakte ze in vergetelheid, even roemloos als haar intrede schitterde; stijf en onhandig zoals ze ter wereld kwam…”
Entretemps j’ai trouvé ce texte, écrit 2 ans après la mort de Zarafa: “Recousues, rapiécées… Après avoir fait le bonheur des badauds et brillé d’un éclat incomparable, a payé à son tour le funèbre tribut, mort aussi obscure que son entrée dans le monde avait été brillante; elle est toute raide et toute gauche, comme la nature l’a faite.”
Journal de Eugène Delacroix I, 1823-1850, p. 238